UNKINO
Met Etienne CAIRE en Joyce Lainé: 16mm projectoren
De VN hebben de filmmakers Etienne Caire en Joyce Lainé gevraagd een filmisch apparaat te maken met het orkest. De film bestaat uit 4 16mm-rollen die gelijktijdig worden geprojecteerd in een panoramische fries van 10m x 2,50m of in 6m x 4m (afhankelijk van de mogelijkheden van de zaal). Het duurt 30 minuten. Hoewel geluid en beeld hun eigen onafhankelijkheid hebben, kunnen toch verbanden worden gelegd op een illustratieve of verhalende manier of een totaal abstracte en subjectieve lezing voorstellen.
ETIENNE CAIRE LEGT UIT
HOE IS DEZE INTERPRETATIE VAN DE FILM MOGELIJK:
"Ondersteunende kunstcinema"? Nou, niet echt. Wat gebeurt er als een bevroren frame een witheet projectorraam ontmoet? Of hoe ademt een beeld in het zwart van de sluiter?
Tijdens de projectie manipuleer ik een projector, zoals een muzikant zijn instrument bespeelt, om een nieuw continuüm te creëren dat op de film niet bestaat.
Ik gebruik een apparaat waarmee ik kan ingrijpen in vijf dimensies van de projectie. Ik kan op elk moment de snelheid van de film, de grootte van het beeld, de vorm van het frame, de lichtintensiteit en het geluid veranderen. Het is niet veel, maar het is veel.
Improviserend spelen met de projector is des te belangrijker omdat het de expressieve capaciteiten van de montage bij elke projectie vernieuwt. Elke wijziging van een van de dimensies van de projectie verandert de relatie van elk beeld tot de andere. Het is een onbekende montage, voor het publiek en mijzelf, die vorm krijgt. Er verschijnt een film die voor onze ogen wordt opgebouwd, met een eigen ritme en soms nieuwe acteurs, zoals wanneer een projector wordt vertraagd, de sluiter in beeld komt en onverwachte rollen aanneemt.
Daarom mag de vorm van de montage van gebeurtenissen, die op de film is vastgelegd, geen film op zich zijn. Het is belangrijk dat de montage neutraal is, onuitgesproken, zonder motieven. Het is deze dwang die mij dwingt in te grijpen in de projectie, een scherpe observatie van de gebeurtenissen oplegt, een vermogen om snel te reageren in een beheerst gebaar, waardoor het embryo van de intentie tot bloei kan komen.
Het is de geacteerde projectie die een gevoel van bewerking zal onthullen. Verre van literaire bewerkingen is het het cinematografische apparaat zelf dat zijn script schrijft, zijn lof zingt, om een echte visuele muziek te baren, onvermoed en efemeer"
Deze benadering ligt in de lijn van de articulaties die de VN in de muziek die zij interpreteert inbrengen. Het ligt in de lijn van de artistieke lijn die we sinds het begin volgen en die erin bestaat onze praktijk in vraag te stellen door de relatie met andere, zoals licht (met Christophe Cardoen), elektro-akoestische compositie (Lionel Marchetti) of dans (met een ballet van 15 dansers)
PRODUCTION
Etienne Caire produceert figuratieve en abstracte sequenties of sequenties van gevonden beeldmateriaal in 16mm, een praktisch en goedkoop formaat. Deze sequenties ontstaan uit eenvoudige elementen die hij kopieert door de relatie emulsie/licht/chemische behandeling voortdurend te wijzigen. Het veranderen van de kwaliteit en de kwantiteit van het licht, het gebruik van verschillende ontwikkelingsprocessen voor het dichtstbijzijnde fotogram, brengen nuances aan die van elke kopie een nieuw origineel maken. Er is geen hiërarchie meer tussen het werk van een kopie en de kopie van een werk, een kopie wordt op zijn beurt gekopieerd en getransformeerd, en elke generatie kan zich geheel of gedeeltelijk aansluiten bij de uiteindelijke montage.
Ook omdat het handwerk is, doen zich tijdens de verwerkingsketen tal van ongevallen voor. Het is van belang de gevolgen van deze ongevallen voor de film te observeren en, als ze interessant blijken, de oorzaken ervan vast te stellen, zodat ze op vrijwillige basis kunnen worden gereproduceerd en verbeterd. Veel processen zijn ontdekt als gevolg van onzorgvuldige manipulatie.
Dit in het laboratorium geproduceerde materiaal wordt vervolgens gemonteerd, niet om een film te maken, maar op zo'n manier dat het zoveel mogelijk mogelijkheden biedt voor een improvisatiespel.
Volgens een logica van fabricage die nauw aansluit bij die van E. Caire, stelt de VN voor muziek te maken van andere muziek, met name die welke veel van de films die ons leven hebben doorkruist, door ze af te leiden. Door bepaalde technieken te lenen van de "cut-up" (gebruik van willekeurige muzikale fragmenten die worden herschikt om nieuwe muziek te produceren), zullen we gemanipuleerde platenspelers gebruiken om de snelheid te verminderen of te verhogen, zullen we het orkest onderverdelen in strijk-, koper- en rietsecties om Hollywood-filmmuziek na te bootsen, zullen we bekende melodieën die verband houden met de film mengen en abstract en lawaaierig materiaal creëren.
DEVICE
Het bestaat uit een scherm van 12 m lang en 2,50 m hoog waarop het mogelijk is 4 films in 4/3 formaat tegelijkertijd naast elkaar te projecteren. Dit scherm is over het orkest gespannen, met de muzikanten er iets achter. De filmmaker zit, indien mogelijk, bij het orkest, achter het scherm, als de zaal dat toelaat. Is dat niet het geval, dan projecteert hij vanuit de zaal, midden in het publiek. Het publiek zit vooraan, zoals in de bioscoop.
Het idee is om de monsterlijke mogelijkheden van de film te gebruiken als een smeltkroes van elementen om een kosmisch geïnspireerd epos op te voeren over onze perceptie van de wereld.